De Raad en het Europees Parlement hebben samen een politiek akkoord bereikt over de Net-Zero Industry Act. Dit akkoord, dat onderhandeld werd door het Belgische Voorzitterschap, werd op vrijdag 16 februari door de 26 andere lidstaten goedgekeurd op het niveau van Coreper (het Comité van Permanente Vertegenwoordigers).
Nettonulindustrie
De Net-Zero Industry Act (NZIA), oftewel de Verordening voor een Nettonulindustrie, werd nog geen jaar geleden – op 16 maart 2023 – voorgesteld door de Commissie. Dit in het kader van het Green Deal Industrial Plan. De NZIA heeft als doel de Europese Unie klaar te stomen voor de groene en digitale transities. Dit door de Europese productiecapaciteit van groene nettonultechnologieën op te schalen en uit te breiden.
In het algemeen poogt de NZIA een kader te creëren waarin bedrijven sneller en gemakkelijker zullen investeren in nettonulproductieprojecten. Men poogt dit te doen door:
- vergunningsprocedures te versnellen;
- strategische projecten te ondersteunen;
- de vraag naar nettonultechnologieën te vergroten door middel van openbare aanbestedingen;
- en door de beroepsbevolking te herscholen aan de hand van de Net-Zero Europe Academies.
Verloop van de onderhandelingen
De eigenlijke triloogonderhandelingen met het Parlement, geleid door de Duitse MEP Christian Ehler, werden pas opgestart in december, toen nog formeel onder het Spaanse Voorzitterschap. De onderhandelingen werden echter al van in het begin (informeel) geleid door het Belgische Industrie-team. Tijdens de maand december en januari vonden, naast 2 politieke trilogen, dan ook tal van technische vergaderingen plaats. Om ten slotte op een politiek akkoord te landen op 6 februari.
Het akkoord
Het akkoord verschilt op verschillende vlakken met het originele voorstel. Zo identificeert de tekst nu één brede lijst met nettonultechnologieën, die kunnen worden ondersteund via strategische projecten. Dit zijn bijvoorbeeld fotovoltaïsche zonne-energie (PV), onshore en offshore windenergie, brandstofcellen, elektrolytische cellen, batterijen, nettechnologieën en duurzame alternatieve brandstoffen. Het is ook de bedoeling dat energie-intensieve industrieën zoals de staal-, chemie- en cementsector; die onderdelen produceren die in deze nettonultechnologieën worden gebruikt, en die investeren in het koolstofarm maken van de economie, ook steun kunnen krijgen en erkend worden als strategische projecten.
Het bereikte akkoord zal ook voorzien in:
- Een vereenvoudigd regelgevend kader voor schone technologieën, waardoor vergunningverlening wordt versneld.
- Netto Nul Versnellingsvalleien.
- Het versnellen van CO2-opvang en -opslag in de EU, met een jaarlijkse injectiecapaciteitsdoelwit van 50 miljoen ton tegen 2030.
- Een betere markttoegang voor nettonul-producten door duurzaamheids- en veerkrachtcriteria te vereisen bij aanbestedingsprocessen en veilingen.
- De ontwikkeling van nettonulvaardigheden via Netto Nul Industrie Academies en regelgevende zandbakken voor innovatieve technologieën.
- Een Netto Nul Europa Platform, die informatie-uitwisseling tussen de lidstaten moet ondersteunen
Volgende stappen
Voordat de NZIA in werking kan treden moet het politieke akkoord eerst formeel goedgekeurd worden door beide medewetgevers. Voor de Raad gebeurde dit dus reeds in het Coreper van 16 februari. Het Parlement heeft hiervoor stemming gepland in het ITRE-comité op 22 februari. Bij een positief resultaat bij de stemming zal er ook eerst een legal-linguistic review volgen.
Na dit juridisch-taalkundig proces moet het akkoord dan ook formeel goedgekeurd worden door de plenaire vergadering van het Parlement; De stemming in de plenaire staat gepland voor april. Zodra het akkoord daarna ook goedgekeurd is door de Raad, treedt het in werking op de dag ná de publicatie in het Publicatieblad van de EU.
Een persbericht van de Raad kan u hier terugvinden.
Flanders Future-Proof
Het Europees voorzitterschap biedt Vlaanderen een unieke kans om haar rijke onderzoeks- en innovatie eco-systeem in de kijker te zetten binnen Europa.
Bij het Departement EWI lieten we die kans niet liggen en hebben we enkele van onze collega’s bereid gevonden voor de camera plaats te laten nemen om die rijkdom toe te lichten en te verbeelden onder de noemer ‘Flanders Future-Proof'